Landgoed Weleveld
Op Landgoed Weleveld is bijzonder veel te zien en te doen. Zo is op Weleveld Buitensport Twente gevestigd, waar u terecht kunt voor buitensporten als kanovaren en boogschieten. In het voorjaar van 2015 kunt op Golfterrein Weleveld, een balletje slaan. Voor de wandelaars zijn er talloze paden en paadjes waarop vrij gewandeld kan worden. U kunt een mooie route lopen, het Kloosterpad Zenderen bijvoorbeeld dat over het landgoed loopt. Ook is het mogelijk een huifkartocht te maken. Met een klein of groot gezelschap.
De geschiedenis van Landgoed Weleveld is lang en rijk.
Al in 1244 werd Weleveld genoemd. In dit artikel kunt u alles lezen over de historie van dit boeiende landgoed. De geschiedenis van een bijzonder plek is lang of kort te beschrijven. Veel is bekend en dat willen we u niet onthouden. Voor de geïnteresseerde is daarom onderaan dit artikel een verwijzing opgenomen naar nog meer informatie over het rijke verleden van Landgoed Weleveld en haar eigenaren.
Hoe het begon
In 1244 wordt een Godfried van Weleveld genoemd en mogelijkerwijs huwde zijn erfdochter met de Heer van Ruinen. Deze was leenman van de Bisschop van Utrecht, die op zijn beurt weer leenman was van de Keizer van het Heilige Roomse Rijk. Het bezit van Van Ruinen werd verdeeld onder zijn zonen waarbij de tweede zoon, Otto, het Twentse grondbezit verwierf.
Beter gezegd: daardoor werd beleend door de Heer van Ruinen. Deze belening zal nog vele eeuwen voortduren. Otto noemde zich voortaan Otto van Welvelde. Hij en zijn broer Bernard bouwden het eerste huis in 1300 zoals blijkt uit de volgende aantekening van een van de Van Hambroicks, eigenaars van Weleveld van 1715 tot 1819.
“Anno 1750 is de oude toorn zinde geboud Anno 1565 afgebrooken en terwijl deselve zeer vervallen en in gevaar stond van in te storten en dien hoek Weder nieus is opgemetselt. Waer wij booven de Deur hebben laeten setten het hier gevonden Waepen van de Besitteren Des huijses Welvelde, Waer in te sien is Dat eenen Bernardis, Johannis en Otto van Ruijnen de eerste stigters van dit Huijs geweest zijn, Dewelke hetselve hebben beginnen te Bouwen Anno 1300 welke Heeren van Ruijnen in Drente de Naem van Welvelde hebben aangenomen.”
De steen staat nog vermeld in een brief uit 1907, waarin ene Tisse aan de amateur archeoloog Snuif schrijft dat de steen als stoep wordt gebruikt bij een boer in Zenderen. De steen is helaas verloren gegaan.
Het huis op de huisplaats WEL-EIG 2
Dit is de voorkant van het huis Weleveld in 1737
Het kan niet worden uitgesloten dat voor 1300 op de huisplaats al een eenvoudig bouwsel heeft gestaan. Dit was een zogenoemde spieker. De naam Weleveld komt al eerder voor. Maar concrete aanwijzingen zijn er pas in 1300. Daarom is dit de stichtingsdatum van Landgoed Weleveld. Daarmee is het een van de drie oudste havezates in Twente. De plek waar de eerste havezate wordt getimmerd, om de terminologie van die dagen te gebruiken, werd Wolfsveld genoemd, en dat wordt verbasterd tot Weleveld, Wellsfelt of Welvelde.
De wolf leeft voort in het wapen van de Welevelds dat bovenaan een gouden veld vertoont met een rode wolfskop. De onderste helft heeft drie zilveren rozen op een blauw veld. Bij de viering van het feit dat het huis 700 jaar geleden werd gebouwd (in 2000), is dit wapen bij de grenzen van het landgoed geplaatst.
Locatie havezate
De plaats van de havezate is zeker niet willekeurig gekozen. Het huis staat op het snijpunt van de Bornse beek en een weg, een van de weinige goed begaanbare Oost-West verbindingen uit die tijd door Twente. Het kasteel krijgt hiermee naast behuizing van de eigenaar van Weleveld en administratief centrum ook een militaire functie. Er wordt tol geheven, zowel op de weg als op de beek. Zodoende moesten de daar passerende potten en zompen geladen met turf en andere goederen ook tol betalen. Het tolrecht werd in 1914 afgekocht.
Bloeiperiode
Weleveld gaat een bloeiperiode tegemoet en ontwikkelt zich tot een van de belangrijkste havezaten van Twente. Eerst onder de diverse generaties Weleveld en, na het overlijden van Johan III van Weleveld in 1521, onder erfdochter Anna en haar afstammelingen uit het huwelijk met Sweder Schele. Hij kwam van de Schelenburg, een waterburcht iets ten oosten van Osnabrück, die tegenwoordig nog steeds door afstammelingen van het geslacht Schele bewoond wordt. Op de binnenhof, rechts naast de buitendeur van het restaurant is een steen ingemetseld met daarop de volgende tekst:
ANNA VAN WELVELDE & SWEDER SCHELE
Zij woonden wisselend op de Schelenburg en Weleveld, hoewel het laatste in principe door een “amptman” werd beheerd. In 1541 werd begonnen het oude huis door een nieuw te vervangen. Anna overleefde haar man en werd in 1547 nogmaals door de heer van Ruinen met Weleveld beleend. Dat is bijna 250 jaar na de eerste belening.
WEL-ACHTER
Dit is de achterkant van het huis Weleveld rond 1740.
De zonen Caspar en Christoffel deelden de ouderlijke bezittingen. Caspar kreeg de Schelenburg en Christoffel Weleveld. Hij en zijn broer hadden in Wittenberg gestudeerd en namen daar de Nieuwe Leer van Maarten Luther aan. Als gevolg daarvan werden in Borne priesters aangesteld van de Lutherse leer. Dit brengt Christoffel in conflict met Den Haag waar men vanuit de calvinistische levensovertuiging de Luthersen niet streng genoeg vindt.
Hoewel Christoffel probeerde neutraal te blijven werd hij tot vijand van de Spaanse koning gerekend. De 80-jarige oorlog had trieste gevolgen voor de havezate. Het huis werd beurtelings door Spaanse en Staatse troepen bezet en zwaar gehavend. Daarbij ging het huisarchief verloren. Christoffel en zijn familie weken langdurig uit naar Osnabrück. Na hun terugkeer in 1596 werd het inmiddels alweer ingestorte huis herbouwd en verfraaid.
Christoffels oudste zoon, Sweder Schel to Welveld end Welbergen die leefde van 1569-1639, hield gedurende meer dan vier decennia een dagboek bij. Van 1591 tot 1637, met een onderbreking van 1623 tot 1629. Dit dagboek, dat in totaal 1822 met een zeer kriebelige hand beschreven pagina’s telt, is eerst enige jaren geleden herontdekt en door Mr. Adri de Bakker in leesbaar schrift omgezet. Het zijn de Kronieken van Weleveld, elders op deze site is hierover meer te lezen.
De Kroniek van Weleveld
De geschriften vallen in drie delen uiteen:
In het eerste deel van 676 bladzijden verhaalt hij de geschiedenis van de familie Schele. Het tweede gedeelte, dat 256 pagina’s omvat, is een chronologische huiskroniek lopend van 1591 tot en met 1623. Het derde deel, niet minder dan 890 bladzijden, begint met Pasen 1629 en eindigt in 1637, twee jaar voor zijn overlijden. Meer over de Kronieken is te lezen in het boek: Gott betert desen tidt van Drs. Dick Schlüter.
Gossen Heiderijk
Sweder had 10 kinderen; 7 uit zijn eerste huwelijk met Reinera van Coeverden en drie uit dat met Anna Brawe uit het Duitse Eemsland. De belangrijkste uit het eerste huwelijk is Gossen Heiderijk, die hem op Weleveld opvolgde en uit het tweede huwelijk Rabo Herman Schele van Weleveld, 1620-1662. Deze laatste, die het eveneens aan zijn vader toebehorende Welbergen erfde, was geleerde en staatsman en woonde in die capaciteit de vredesonderhandelingen in Munster bij.
Zwaar in de schulden
En hoe verging het Weleveld na dit hoogtepunt? Helaas is dat een verhaal in mineur. De nakomelingen van Sweder raakten in kostbare processen over de erfenis verwikkeld en toen in 1706 de laatste mannelijke Schele van de Weleveldse tak overleed, was Weleveld zwaar met schulden beladen. Het resultaat was dat zijn zusters, die in armoede moesten verder leven, in 1715 Weleveld in het openbaar lieten verkopen. De koper was Adolph graaf van Rechteren van huis Almelo.
Helaas hebben zich bij de verkoop onregelmatigheden voorgedaan en daardoor beschouwde Lambert Joost baron van Hambroeck zich ook eigenaar. Het resultaat was een jarenlang conflict, dat uiteindelijk in 1720 door Van Hambroeck werd gewonnen. Eer het proces had uitgewezen wie de koper was, brak Van Rechteren het huis af (“een groot bouwhuis, staande op de Plaats doen afbreken en naar Almelo vervoert”). Het huisarchief van Weleveld werd ook naar Almelo overgebracht. In Huis Almelo werd het archief bewaard, tot het door het Archief in Zwolle is overgenomen.
Restauratie
Van Hambroeck, wiens moeder een Van Welvelde was, restaureerde het inmiddels weer geheel vervallen huis en legde grote tuinen aan; kortom hij stak veel geld in het landgoed. Uit de tijd van Lambert Joost dateren ook de twee prenten van Spilman -getekend door Pronk- waardoor we een idee hebben hoe het huis er uitgezien heeft.
In 1789 komt met de dood van Robert van Hambroeck, de oudste zoon van Lambert Joost, het huis leeg te staan. Het wordt nog enige jaren verhuurd, maar in 1804 is het gedaan met het huis en wordt het voor de sloop verkocht. Alleen een stuk gracht herinnert dan nog aan de eens zo machtige havezate.
Grondig afgebroken
De afbraak was uitermate grondig want bakstenen en Bentheimersteen waren in die tijd schaars bouwmateriaal. Ergens onder een boerderij bij Wierden schijnen de fundamenten uit Welevelder Bentheimersteen te bestaan. Enige grotere fragmenten, een met het opschrift FESTINA LENTE (Haast U langzaam), werden gevonden bij het heruitgraven van de gracht in 1994.landgoed weleveld van boven gezien
Landgoed aangekocht
Het landgoed wordt in 1819 door de Van Hambroecks verkocht aan de familie Dikkers, die begin 20e eeuw failliet ging. Op de openbare verkoping in juni 1908 koopt Mevrouw C.M. Hänisch ten Cate Weleveld. Door verdere aankopen in 1909 en 1910 wordt het landgoed uitgebreid tot bijna 150 ha. De huidige eigenaresse, Drs. C.M.Kwint-Hänisch ten Cate, woont sedert 1998 op het nu 140 ha omvattende landgoed in het “Jachthuis”. Deze naam is ontleend aan de bij het gebouw horende jachtkamer uit de periode Dikkers.